Heb je je ooit afgevraagd hoe we zoveel weten over de oude Egyptische cultuur en geschiedenis? Het antwoord ligt in de ontdekking van de Rosetta-steen in 1799. Deze gelukkige vondst bood de sleutel tot het ontrafelen van het mysterie van Egyptische hiërogliefen, waardoor geleerden eindelijk de taal konden begrijpen die eeuwenlang een mysterie was geweest.
De Rosetta-steen vertaalde een demotisch decreet, de taal van de alledaagse oude Egyptenaren, in het Grieks en hiërogliefen. Deze baanbrekende ontdekking opende de deur naar een schat aan kennis over de oude beschaving, van hun sociale en politieke structuur tot hun religieuze overtuigingen en het dagelijks leven. Tegenwoordig kunnen we de rijke cultuur van de Egyptenaren bestuderen en waarderen dankzij de onvermoeibare inspanningen van geleerden die de hiërogliefen op de Rosetta-steen hebben ontcijferd.
Net als de oude Egyptische hiërogliefen is het lineaire Elamitische schrift jarenlang een mysterie geweest voor zowel geleerden als historici. Dit oude schrijfsysteem, gebruikt door de Elamieten in wat nu het hedendaagse Iran is, heeft onderzoekers decennia lang voor verwarring gebracht met zijn complexe karakters en ongrijpbare betekenis. Maar recente doorbraken in het ontcijferen van het script hebben hoop gegeven dat de geheimen van lineair Elamitisch eindelijk onthuld kunnen worden.
Met behulp van geavanceerde technologie en een toegewijd team van experts ontstaan nieuwe inzichten in deze oude taal. Van aanwijzingen gevonden in inscripties en artefacten tot geavanceerde computeralgoritmen, de puzzel van lineair Elamitisch wordt langzaam in elkaar gezet. Dus, hebben geleerden eindelijk de code gekraakt?
Een team van onderzoekers, met elk een lid van de University of Tehran, Eastern Kentucky University en de University of Bologna, in samenwerking met een andere onafhankelijke onderzoeker, heeft beweerde te hebben ontcijferd het grootste deel van de oude Iraanse taal genaamd Lineair Elamitisch. In hun paper, gepubliceerd in het Duitstalige tijdschrift Zeitschrift für Assyriologie und Vorderasiatische Archäologie, beschrijft de groep het werk dat ze hebben gedaan om de gevonden voorbeelden van de oude taal te ontcijferen en enkele voorbeelden te geven van de in het Engels vertaalde tekst.
In 1903 heeft een team van Franse archeologen bij een opgraving op de heuvel van de Akropolis van Susa in Iran enkele tabletten met woorden erop opgegraven. Jarenlang geloofden historici dat de taal die op de tablets werd gebruikt, verband hield met een andere taal die bekend staat als Proto-Elamitisch. Later onderzoek heeft gesuggereerd dat het verband tussen de twee op zijn best zwak is.
Sinds de eerste vondst zijn er meer objecten gevonden die in dezelfde taal zijn geschreven - het totale aantal is vandaag ongeveer 40. Onder de vondsten zijn inscripties op verschillende zilveren bekers het meest opvallend. Verschillende teams hebben de taal bestudeerd en hebben wat vooruitgang geboekt, maar het grootste deel van de taal is een mysterie gebleven. In deze nieuwe poging gingen de onderzoekers verder waar de andere onderzoeksteams waren gebleven en gebruikten ze ook enkele nieuwe technieken om het script te ontcijferen.
De nieuwe technieken die het team bij deze nieuwe inspanning gebruikte, omvatten het vergelijken van enkele bekende woorden in spijkerschrift met woorden die in het lineaire Elamitische schrift voorkomen. Er wordt aangenomen dat beide talen tegelijkertijd in delen van het Midden-Oosten werden gebruikt en daarom zouden er enkele gedeelde verwijzingen moeten zijn, zoals de namen van heersers, titels van mensen, plaatsen of andere geschreven werken, samen met veelgebruikte uitdrukkingen.
De onderzoekers keken ook naar wat volgens hen tekens waren in plaats van woorden, om er betekenissen aan toe te kennen. Van de 300 tekens die ze konden identificeren, ontdekte het team dat ze slechts 3.7% konden toewijzen aan betekenisvolle entiteiten. Toch denken ze dat ze het grootste deel van de taal hebben ontcijferd en zelfs voor vertalingen hebben gezorgd voor een deel van de tekst op de zilveren bekers. Een voorbeeld: "Puzur-Sušinak, koning van Awan, Insušinak [waarschijnlijk een godheid] houdt van hem."
Het werk van de onderzoekers werd door anderen in de gemeenschap met enige scepsis onthaald vanwege een verscheidenheid aan gebeurtenissen rond het werk. Sommige van de als bronnen gebruikte teksten zijn bijvoorbeeld zelf verdacht. En sommige materiaalcollecties met de taalinscripties erop zijn mogelijk illegaal verkregen. Ook heeft de corresponderende auteur op de krant verzoeken om commentaar op het werk van het team geweigerd.